Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], De lofzang is [3][in] stilheid tot U, o God! in Sion; en U zal [4]de gelofte betaald worden. 3. Of zwijgende, dat is, in uwe kerk prijst men U, met stilheid en geduld verwachtende en waarnemende uwe weldaden. Verg. hfdst.62 vs.2. 4. Te weten, van dankbaarheid, die men in den nood biddende U beloofd heeft. Zie in den volgenden hfdst.66 vs.13,14, en boven hfdst.61 vs.6.